Dag 30 - Van Astorga naar Foncebadón

 

Zaterdag 18 juni 2016 – 27 km

Deze morgen om 7u30 vertrokken. Het is zonnig maar nog steeds fris.

Vandaag lopen we de eerste 20 km continu licht stijgend omhoog. 

Bij het buitenkomen van het stadje kruis ik Red (ik mag hem Red noemen omdat ik zijn volledige voornaam niet kan uitspreken!) uit Montreal, Canada. We spreken Frans, maar hij heeft een nogal eigenaardig accent waardoor ik hem moeilijk begrijp. Hij is begin april vertrokken in Le Puy-en-Vèlay in Frankrijk en heeft al zowat 1300 km afgelegd. Te voet! Is ergens onderweg gevallen, knie ontwricht en heeft een dag in het hospitaal doorgebracht. Is na een week opnieuw vertrokken!

Na twee uur stappen, in het volgende dorp, na een 'cafè con leche' in een bar met een prachtige patio, ga ik alleen verder. Een beetje later haal ik Lou in. Een Duitser uit Rothemburg, gekend als mooi stadje in de 'Romantische Strasse'. Lou heeft vorige week enkele dagen te lang en te snel gestapt. Gevolg: tendinitis. Hij heeft het moeilijk vandaag. Stapt traag en mankt. Maar hij zet door! Elke avond zie ik hem toekomen, vrij laat maar gelukkig dat hij het opnieuw gehaald heeft. Het is een harde. Zijn grootvader heeft vele jaren in een Russisch gevangenkamp door gebracht.

Vanaf hier staan er regelmatig houten kruisen langs het pad. Als wegwijzers! Intussen stappen we weer in de volle natuur. Langs een bergpad. Rondom ons groene varens, violette wilde heide, grote gele verwilderde bremstruiken en tal van andere kleurrijke bloemen, afgewisseld met dennenbosjes. In de verte zie ik besneeuwde bergtoppen.

Na circa 18 km, 2 km voor Rabanal del Camino een afspanning. In de draad wel duizenden kruisjes geweven, het ene al inventiever dan het andere. Heel indrukwekkend!  

Rabanal del Camino is een bergdorpje, eigenlijk èèn lange klimmende straat breed. Hier is de tijd blijven stilstaan. Het telt slechts 60 inwoners die bijna allen een dienst aanbieden aan de passerende pelgrims. Enkele hostals, enkele albergues en enkele bars en restaurantjes. Dat is het. Wel èèn van de gezelligste dorpen van de Camino. Hier heb ik in 2014 geslapen. Het roept herinneringen op!

Nu loop ik door. Nog 6 km bergop. Maar nu wordt het echt steil langs een smal rotspad, bezaaid met grote stenen en keien. Soms is het pad over bijna zijn volledige breedte weggespoeld. Het is uitkijken om niet je voeten te verzwikken. De vallei naast me wordt steeds dieper. Wat een prachtig panorama weer!

En dan bereik ik Foncebadòn. Dit dorpje was voor de heropleving van de Camino in de jaren tachtig volledig verlaten. Je ziet het er ook aan! Alle huizen, uitgenomen een hostel en twee albergues, zijn veranderd in ruines. De hoofdstaat - de enige straat!- is een half weggespoelde aardeweg. Maar dankzij de Camino is er terug leven in het dorp. 

Foncebadòn ligt op 2 km van het 'Cruz de Ferro', het hoogste punt van de Camino, op 1500 m boven de zeespiegel. Van daaruit is het nog 27 km naar Ponferrada waar ik dochter Klara zie. Vanaf overmorgen stappen we de laatste 200 km van de Camino samen!

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb