Dag 13 - Van Estella naar Los Arcos

 

Woensdag 1 juni 2016 – 22 km

Deze morgen onmiddellijk een 'panadería' binnen gestapt voor een broodje met een 'café con leche'. Gelijk een stokbrood gekocht met wat kaas voor onze lunch.

Bij het buitenstappen zien we Kate en Patrick, een jong 'stap'koppel uit Ierland, die mekaar op de Camino hebben ontmoet. Patrick woont nu in de VS. Zijn ouders zijn recent geëmigreerd. Kate mankt. Ze heeft een enkelblessure. Ze heeft gisteren een dokter bezocht. Die raadde haar aan om te stoppen. Maar ze gaat door. De tranen staan in haar ogen. Ze wil niet stoppen. Later op de dag zie ik haar terug. Ze heeft doorgebeten. Het gaat veel beter zegt ze. Maar ze zit onder de pijnstillers.

Nog geen kwartier later kruisen we het Duitse meisje waarmee ik enkele dagen geleden van bed ben gewisseld omdat ze niet op het bovenste bed geraakte. Nog een beetje aangedaan zegt ze dat ze haar stapvriendin gisteren naar de kliniek heeft moeten brengen. Daar bleek acute blindedarmontsteking. Ze wordt vandaag geopereerd. 

De Camino maakt vele slachtoffers. Ik zie steeds meer mensen met voet en knie problemen.

Het is een mooie wandeldag vandaag. Blauwe lucht, 26 C, een beetje wind. 

Bij het verlaten van Estella onmiddellijk omhoog. Een klein uur. En dan krijgen we weer een onbeschrijfelijk mooi panorama voorgeschoteld. Een diepe groene vallei met daarachter een ruw massief hooggebergte.

En dan plots het Monasterio de Irache, één van de oudste kloosters van Navarra. In de tiende eeuw was hier al een hospitum voor pelgrims. Achter het Monasterio een Bodega (wijnhuis). Met een fontein. Een speciale fontein. Eentje die rode wijn geeft in plaats van water.

In het volgende dorp Azqueta zit op het marktpleintje een oude grijze man op een bank. Het is Pablito, één van de bekendste mensen op de Camino. Pablito heeft heel zijn leven, op momenten dat hij niet werkte, een houten stok gegeven aan passerende pelgrims die nog geen wandelstok hadden. Nu kan hij niet meer. Te oud. Hij neemt ons mee naar zijn huis en stempelt onze credencial en geeft ons zijn zegen. Een moment om te onthouden.

Even voorbij het dorp een Moorse waterput uit de twaalfde eeuw. Daar gaan we samen op de foto met vrienden van de laatste dagen. Naast Eddie en Jonathan, Bruno de Siciliaan, Alberto uit Rome en Kony en Suzy, een sympathiek jong Zuid-Koreaans koppel.

En dan volgen 14 lange kilometers door ferm glooiende korenvelden. De zon brandt. Geen schaduw. Het is stil. Een fluisterende wind door het nog groene graan, een eenzaam fluitende vogel en onze voetstappen op het gruis van het pad. 

Omstreeks half drie bereiken we Los Arcos. We slapen vannacht in de albergue Isaac Santiago. De hospitaleros zijn Vlamingen. Een Vlaams koppel uit Genk ontvangt ons hartelijk.  Hun nichtje woont in de gerestaureerde molen in Attenhoven, op nog geen 300 meter van thuis. Wat kan de wereld toch klein zijn!

Vanavond hebben we afgesproken op de Plaza Mayor om samen iets te eten. Bruno, de ongelooflijk sympathieke Alberto en zijn vrouw Luciana,  de Duitse meisjes Ingrid en ... (Ik ben  haar naam vergeten), de Italiaanse vriendinnen Graciella en Brunella...Het wordt een gezellige avond samen, na weer een vermoeiende stapdag.

Morgen wacht ons een lange wandeldag van 28 km naar Logroño!

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb