Dag 7 - Van Vézelay naar Nevers

 

07/Sept – 98 km - 16,8 km/u

Het viel vannacht nog wel mee. Ik heb de slaapzaal gedeeld met een aimabele Ier die een stuk van de Camino had gedaan met de boot, met de fiets en te voet. Het avontuur was voor hem voorbij en vandaag vertrok hij terug naar huis.

Deze morgen om 8u00 vertrokken. Nog even gestopt bij de bakker beneden in de stad voor enkele chocolade- en rozijnenkoeken en wat extra water voor onderweg.

Eerste 10 km vals plat en dan plots links zag ik het aankomen…. Adieu le plat pays!  Mijn gids sprak van een ‘gestage klim’. Dat betekende dus 7 km naar omhoog op het kleinste blad. Gelukkig, het was nog vroeg op de morgen en er hing nog nevel waar de zon nog niet doorheen kon. Maar het was 7 km zweten.

Maar als ik uit de laatste bocht kom. Wauw, wat een vergezicht. Rechts van mij een diepe groene vallei met graslanden, bossen, een zee aan zonnebloemen met hier en daar op de verschillende hellingen een Château. En die vallei mocht ik langzaam, gedurende verschillende kilometers naar beneden fietsen. Wat een ervaring. Ik herinner me verschillende keren hardop tegen mezelf gezegd te hebben: Jos, kijk naar de weg! Seffes rijdt ge nog de gracht in!

En zo ging het vandaag ‘gestaag’ door. Op en af, op en af… Van de ene vallei naar de andere met daartussenin uiteraard de heuvels…

Na ca 30 km in Corbigny een café au lait gedronken. Net toen ik wilde vertrekken, komen er om de hoek twee ‘rugzakkers’ afgestapt. Ze roepen even en er ontstaat een hartelijk gesprek. Man en vrouw zijn op 7 augustus thuis vertrokken, vanuit een dorp ergens boven Eindhoven. Ik voelde dat ze hun verhaal aan iemand kwijt moesten, want ze spraken geen Frans, zeiden ze zelf. Mekaar een ‘buen camino’ toegewenst, en weg waren we weer.

Enkele dorpen verder, in een afdaling zie ik plots weer twee stappers met een rugzak uit een veldweg komen. Ik roep wat, zij roepen terug, maar wat heb ik niet begrepen. Mijn snelheid was te groot. Ik realiseer het me: ik zit nu duidelijk op de pelgrimsroute.

Het was zwaar vandaag, maar o zo mooi.

Vannacht slaap ik in ‘L’Espace Bernadette’, een groot klooster waar in de kapel in een schrijn het lichaam van Bernadette de Soubirou ligt opgebaard, aan wie Maria in Lourdes is verschenen. Bernadette zou haar laatste jaren als zuster in dit klooster hebben gesleten. Ik ben even gaan zitten in die kapel…

Ik heb ook het avondmaal genomen in het klooster. Een ‘repas complèt’ voor 16,5 €. Ik zat eerst alleen aan tafel, maar toe kwam er een Japanner bijzitten waarmee de dames die opdienden geen weg wisten. Hij sprak namelijk geen Frans en geen Engels. Geprobeerd om een gesprek aan te knopen, maar het enige dat hij gezegd kreeg was: ‘me Compostela, three times’, en dan stopte de woordenvloed… De vriendelijke man at ook op zijn Japans, hij had duidelijk problemen met het mes en de vork… 

De maaltijd was goed. Alleen mogen ze dat geen ‘repas complèt’ noemen; een glas wijn of een pintje bier, dat zou pas ‘complèt’ zijn geweest.

Gelukkig was ik enkele uren ervoor even de stad gaan verkennen. Naast de kathedraal en het Paleis Ducal, niet veel te zien. Dus ging mijn aandacht/prioriteit naar een terras, waar ze een lekker lokaal speciaal bier schonken i.p.v. nog een 12e eeuwse Romaanse kerk te bezoeken. (Vergeef me Lieve Heer!)

Voor ‘la petite histoire’: heb deze morgen mijn shampoo laten staan bij de zusters van Ste. Madeleine. Geen nood. Ik heb nog een wasproduct mee. Op de flacon staat ‘wast alles in elk water’. Ik herinner me dat Koen van de Karibou in Hasselt, waar ik mijn betere trekkleding en andere spullen heb gekocht (Koen, dit is nogal een reclame voor de winkel, hè man), dat je die zeep zelfs kunt gebruiken om je te wassen. Zo gezegd, zo gedaan… Mijn haar staat precies wel iets stijver op mijn kop. Morgen veiligheidshalve toch maar op zoek naar een nieuwe shampoo.

Morgen staat er een lange rit naar La Châtre op het programma. Wel wat minder klimwerk, begrijp ik uit mijn gids.

Nu ga ik nog even skypen met Maryse.